Kidsquote 18
Afbeelding
4
Ik bemoei me al jaren niet met de vakantiebestemming, dat doen Femke en haar moeder. Zij zorgen kiezen het vakantiepark, het soort huisje en bepalen gezamenlijk de exacte plek waar dat huisje staat. Dat is dan steevast het nieuwste huisje, met stofzuiger, luxe koffiezetapparaat, vogelklok, wasmachine en strijkplank, met de grootste tuin (op het zuiden) en het dichtst gelegen bij de centrale voorzieningen. Omdat de huisjes niet standaard worden opgeleverd met insectenwerende maatregelen, zijn de dames de eerste paar uur van onze vakantie bezig om alle ramen, deuren en overige openingen met de buitenwereld systematisch te voorzien van horretjes.
Het waren vierentwintig heerlijke uren!
Leuk huisje op landgoed ’t Loo. Niet hét landgoed, daar wonen immers al andere (hooggeplaatste) mensen, maar het landgoed van vakantiepark Landal. Dat ligt een paar kilometer noordelijker, bij Oldebroek (door mijn zoons steevast ‘onderbroek’ genoemd). Bij aankomst namen Jelle en Sibe nauwelijks de tijd om het huisje te verkennen, want het was tijd om te gaan genieten! Van …
Een dag na het behalen van de uitdaging om een rit van meer dan 300 kilometer te fietsen, geniet ik van de spierpijn. In precies honderd kilometer per minuut, vind je hieronder een impressie van mijn tocht.
Het lijkt erop dat de filmpjes alleen nog op de computer te zien zijn, als je via een tablet, of telefoon kijkt, klik dan hier: Uitdaging 48
groet, Wilco
‘pijn inruilen voor een trots gevoel’ Lees verder
Het is weer de hoogste tijd voor een beetje actie. Vandaar dat ik besloten heb om morgen (15 juli 2015) uitdaging achtenveertig aan te gaan pakken. Daarin verplicht ik mezelf om een rit van boven de driehonderd kilometer te rijden (op één dag wel te verstaan). Natuurlijk had ik ervoor kunnen kiezen om van thuis uit een rondje te maken, maar daar zit het nadeel aan. De eerste en laatste honderd kilometer gaan eigenlijk allemaal over bekend terrein en dat is niet echt motiverend. Vandaar dat ik besloten heb om mijn eindpunt ergens te leggen vanwaar nog een trein naar huis vertrekt.
Zesendertig van de tweeënvijftig weken zitten erop. Weken vol met ludieke, gezonde, sociale, simpele, intellectuele en schier onmogelijke uitdagingen. De meeste uitdagingen hebben echter wat met fietsen te maken. Niet alleen omdat dat het enige is wat dit oude lijf nog aankan, maar vooral omdat er diep in mij een jongetje zit, dat zo heel graag profrenner had willen worden. Dat jongetje zit er al lang en zag zichzelf in de bolletjestrui winnen op de Tourmalet en Alpe d’Huez. Hij sprintte in het groen naar vele etappeoverwinningen en kwam ten slotte in het geel over de Champs Élysées.
Het klasje staat er leeg en verlaten bij. De tafels en stoelen netjes aan één kant, zodat de schoonmakers, de vloer goed in de was kunnen zetten. Over zes weken zal de vloer weer glimmen. En heeft de nieuwe juf de tafels weer netjes in groepjes gezet. Dan liggen er fonkelnieuwe schriften en potloden klaar voor de kinderen van de nieuwe klas.
De musical en afscheidsavond van groep acht zitten erop. Het is ver na twaalven, als ik vannacht op mijn fietsje thuis kom. Maar na het douchen zet ik de wekker toch braaf op kwart voor zes. Ik wil ’s morgens namelijk in mijn eentje -en in alle rust- de video van het optreden editen, zodat groep acht er vandaag nog naar kan kijken.
Ik ben op weg naar huis en fiets ergens tussen Berkel en Schiedam. Links zie ik Rotterdam Airport met daarachter de skyline van Rotterdam. Rechts zijn er de weilanden tot aan Pijnacker en Delft. Ik stoemp in westelijke richting tegen de wind in naar de A13. Niet dat ik die ga nemen, vlak ervoor sla ik rechtsaf de ventweg op, om bij de manege het fietstunneltje onder de snelweg in te gaan. Dat is het slechtste stukje weg van mijn dagelijkse rit. Op mijn oor hoor ik de bekende tune: ‘NOS radio tourflits, tourflits’. Automatisch schuif ik naar het puntje van mijn zadel om wat meer vaart te maken. ‘Valpartij in het peloton! Wat een vreselijke valpartij!’. Met overslaande stem doet Sebastiaan Timmerman verslag vanaf de motor. ‘Dumoulin ligt erbij!’