Het is zondagmiddag … ‘vaderdag zondagmiddag’ welteverstaan. De ochtend ervoor was gevuld met het innen van cadeautjes. Mijn kinderen verwenden me op de belangrijkste dag van het jaar met een lekker luchtje, chocolade en een zelfgemaakte parkeerkaart. Over dat laatste zal ik binnenkort nog bloggen, want daar zit een verhaaltje aan vast. Voor ontbijt op bed was helaas geen tijd, want Jelle moest sporten en ondergetekende nog 32 rapporten schrijven.
Tagarchief: Zundert
Sprookje
Ik ben zes jaar en zit in de eerste klas van de Sint Aloysius in Zundert. Voor iedereen die na 1985 op de basisschool heeft gezeten; da’s de oude groep drie. Wekenlang heb ik er naartoe geleefd. Ik heb tekeningen van Langnek ingekleurd, naar langspeelplaten met sprookjes geluisterd, mijn ogen dicht gedaan, de klavecimbel gehoord en de paddenstoelen in gedachten voor me gezien. Eindelijk is het zo ver. Ik word wakker op de ochtend dat het gaat gebeuren. Het is stralend weer en vlak voor ik naar school ga, duwt mama mij een tasje met een lunchpakketje in m’n handen. Het is echt zover, vandaag ga ik op schoolreis naar de Efteling. Het gevoel in mijn lijf is een beetje hetzelfde gevoel als ik heb vlak voor 5 december, maar dan zonder de angst om in de zak mee naar Spanje te moeten.
Brabant … in beelden
Route door mijn verleden
Eigenlijk had ik mijn eerste provincietocht op zaterdag gepland, maar omdat het vrijdag iets zonniger is dan zaterdag, ga ik morgen al aan mijn eerste grote rit van challenge 19 beginnen. Diegenen die me trouw volgen, weten dat ik in elke provincie van ons land een tocht van minimaal 200 kilometer ga fietsen. Het leek me het meest logisch om met Brabant te beginnen, omdat ik daar immers geboren en (deels) getogen ben.
Gewoon lief … niet verliefd!
‘Papa, kijk eens wat ik heb.’ Mijn jongste zoon houdt zijn twee handen zorgvuldig, als kommetjes op elkaar. Een beetje zoals je een vlinder vasthoudt, zonder dat je zijn vleugels wilt beschadigen. Voorzichtig kijk ik door de opening, die hij tussen zijn twee handen laat, maar kan niks zien. ‘Ik weet het niet!’, zeg ik. Langzaam opent hij zijn twee knuistjes en neemt het kleine rode hartje tussen zijn vingers, alsof het een 24-karaats diamantje is. ‘Wow, een hartje, wat mooi! Heb je die van de juf gekregen?’
Luctor et emergo
Begin jaren zeventig van de vorige eeuw fietste in het Brabantse Zundert een jongetje over de Veldstraat achter zijn moeder aan. Ze waren na het eten vertrokken van Molenstraat 101 in de richting van de deelgemeente Klein-Zundert. In de beleving van het jochie van amper zes jaar, was het een barre tocht die eindeloos leek te duren. Niet omdat het heel ver rijden was, maar vooral, omdat aan het einde van die tocht mevrouw De Bruijn stond te wachten. Het zou best kunnen, dat mevrouw De Bruijn in het dagelijks leven een heel aardige vrouw was, maar het jongetje vreesde haar in elke vezel van z’n lijfje. Lees verder