Fris en fruitig spring ik om drie uur ’s nachts uit m’n bed, als de wekker op die afgesproken tijd afgaat. Vandaag ga ik Friesland veroveren! Sinds 1912 wordt de tocht der tochten georganiseerd. Ik bedoel niet de die op ’t bevroren water, maar de tocht over het land. Ruim tweehonderddertig kilometer op de fiets langs Friese wateren en door alve Fryske stêden.
De dag ervoor heb ik mijn fiets en alle spullen al aan mijn nieuwe Franse vriendin toevertrouwd. Ze heeft er de hele nacht over gewaakt. Het enige wat ik deze ochtend dus hoef te doen is: douchen, aankleden en stevig ontbijten. Die paar activiteiten verlopen zo voorspoedig, dat ik zelfs iets voorloop op schema. Omdat ik een klein beetje een vakantiegevoel heb en toch wat tijd over heb, zet ik daarom een flinke thermoskan koffie voor onderweg. Nog een laatste controle: eten, kleding, bidons, camera, telefoon, gps … alles bij me. Fryslân, ik kom deroan!
Ik ben de straat nog niet uit, als ik ongelooflijk veel zin in koffie krijg. Ik geef m’n Franse vriendin de opdracht om op een vaste snelheid te rijden. Daar is een apart knopje voor dat ‘cruise control’ heet. Ze gedraagt zich wat mij betreft als de ideale vrouw … één knopje voor één handeling. Dat in tegenstelling tot de meeste vrouwen, waarbij je de meest uiteenlopende reacties kunt verwachten als je een knop indrukt. Door het taakbesef en de gewilligheid van deze Française kan ik datgene doen waar ik heel goed in ben: één ding tegelijk en in dit geval … koffie drinken.
Genietend van het rijcomfort en de koffie, ben ik voor ik het weet in Bolsward. Op mijn klokje staat 5.15 uur, als ik de auto het parkeer terrein oprijd. Ik mag straks starten in groep 23. Om de één of andere manier heb ik in mijn hoofd geprent, dat die groep om zeven uur start. Het is de eerste keer dat ik meedoe aan de Elfstedentocht en heb nog de verwachting dat er te sjoemelen valt met de starttijd. Op mijn gemakje pak ik mijn fiets uit de auto en smeer mijn blote armen en benen in met een flinke lik vaseline. Ik heb geen zin om met beenstukken te rijden. Ik zal immers snel genoeg opwarmen. De vaseline helpt me door het eerste halve uurtje heen.
Als ik naar de start rijd, beland ik in een soort fuik. Er staat een honderdtal fietsgekken te wachten. Voor ik het echter doorheb, sluit er achter mij eenzelfde hoeveelheid mensen aan. Ik kan geen kant meer op en moet dus wel mee doorschuiven naar voren. Langzaam maar zeker kom ik dichter en dichter bij het hek, met daarachter: de Elfsteden politie! Streng kijkende mannen en vrouwen in oranje hesjes laten alleen de juiste startgroepen door. Mocht je denken dat sinds de val van de Berlijnse Muur de Oost-Duitse grenswachten werkloos zijn geworden, dan heb je het mis. Die mannen en vrouwen zijn allemaal naar Friesland gestuurd om de tocht in goede banen te leiden.
Ik bekijk mijn stempelkaart en probeer een manier te ontdekken om te sjoemelen, maar het is hopeloos! Bovendien kom ik er tot mijn schrik achter, dat mijn starttijd niet zeven, maar 7.56 uur is. Wanhoop maakt zich van mij meester. Wanhoop gecombineerd met boosheid en … kou. Het is buiten een graad of acht en ik heb de werking van de vaseline schromelijk overschat. Zo erg, dat ik twijfel of ik mijn volle blaas -de thermoskan heb ik in de auto helemaal leeggedronken- ter plekke zal ledigen, zodat ik tien seconden van intense warmte kan genieten. De twijfel moet van mijn gezicht te lezen zijn, want de Stasi bij het hek toont barmhartigheid. Klaarblijkelijk is hij in die 29 jaar na de val van de Muur toch ontdooid. Ik krijg een vrijgeleide van 5 minuten om mijn behoefte te doen in het café, aan de andere kant van het hek. Natuurlijk moet ik wel mijn fiets achterlaten, als onderpand. Nu weet ik zeker dat het een Duitser is.
Om stipt 7.56 uur gaat het starthek voor groep 23 open. Enthousiast spring ik op mijn fiets, om vijftig meter verderop weer in de remmen te knijpen. File! Ik moet aansluiten in een rij die klaar staat voor de eerste stempelpost. De hoop om deze tocht in acht uur te klaren, vervliegt in de eerste 400 meter. Normaal doe ik over een kilometer fietsen ongeveer 1.55 minuten. Deze eerste kilometer (inclusief stempelpost) leg ik in 7.18 minuten af. Maar goed, de stempel staat erin en ik kan beginnen aan het goedmaken van twee uur wachten en 12.000 mensen inhalen.
De tocht gaat over goede wegen in een open landschap. Af en toe zijn de fietspaden smal. Maar de Oost-Duitse grensbewakers, die bij de start nog streng voor me waren, houden op alle kruispunten het andere verkeer tegen. Gaandeweg de dag durf ik ze zelfs te groeten en te bedanken voor hun inzet! Wie weet worden het ooit vrienden van me. De 12.000 deelnemers rijden in kleine pelotons over de Friese wegen. Da’s voor iemand met mijn karakter een geweldig voordeel. Zo kan ik namelijk steeds weer een nieuwe uitdaging aangaan en naar de volgende groep toesprinten. Ik lijk wat dat betreft wel een voetballer die leeft met het motto: wat is het leven zonder doel? Door deze manier van rijden sleep ik er uiteindelijk -ondanks het wachten bij de stempelposten- toch een mooi gemiddelde uit.
In alle elf steden is het groot feest. Kermis, bier, DJ’s, bier, verklede mensen, bier, high fives van kinderen, appelsap, straattoneel, bier, blaaskapellen en bier … heel veel bier. Met alle rare plaatsnamen die ik tegenkom, waan ik me als ex-Brabander weer even in carnavalstijd in Oeteldonk, ’t Kielegat of bij de Kruikenzeikers in Tilburg.
Na zeven en een half uur fietsen kom ik opvallend fit in Bolsward aan. Er staat een gemiddelde van 30,5 km/u op de teller en belangrijker nog: de stempelkaart is vol. Dat betekent dat ik het felbegeerde kruisje mag ophalen. Natuurlijk moet ik daarvoor in de rij gaan staan, maar eerlijk gezegd gaat dat op den duur best wennen. Trots op mijn trofee, stap ik op de fiets, om naar m’n auto te gaan.
Wonder boven wonder kan ik mijn Franse schoonheid redelijk snel vinden en op huis aan. Dat wil zeggen, nadat ik voor de laatste keer in een wachtrij van een half uur beland voor de Afsluitdijk. Routineus laat ik aan de Oost-Duitse agent die vooraan in de file bij het ongeluk staat mijn stempelkaart zien. Maar met een niet mis te verstane gebaar en dito blik word ik de provincie uitgestuurd. Toch geen vrienden voor het leven dus. Maar ik laat mijn humeur niet beïnvloeden door zijn beroepsgedeformeerd gedrag; wat mij betreft kan er een groot (en welverdiend) kruis over deze provincietocht.
groet, Wilco
Een herinnering , nu nog op de schaats…!
LikeGeliked door 1 persoon
Dat gaat zeker NIET gebeuren. Ik kan alleen heel goed schaatsen kijken. Zelf doen sla ik graag over!
LikeLike
Wat schrijf je toch leuk. En je fietste voorbij de boerderij (in Wyns) waar wij ruim zes jaar woonden en dus zes keer de fietstocht voorbij zagen komen. We hadden een EHBO post achter op het erf. Gefeliciteerd met het kruisje.
LikeGeliked door 1 persoon
Dankje Koen! Als ik het had geweten, had ik het op de film gezet!
LikeLike
Leuk verslag Wilco. Eigenlijk moet je hem nu ook nog eens schaatsen hè? Zou je dat willen?
LikeGeliked door 1 persoon
Neeeeeee! Ik kan wel heel goed schaatsen kijken, op tv!
LikeGeliked door 1 persoon
Gefeliciteerd met deze prestatie! Leuke rit!
LikeGeliked door 1 persoon
Dankjewel Carla!
LikeLike
Fris en fruitig, wat een Ollandse uitdrukking hé. Om welk fruit gaat het dan precies, vraag ik me dan altijd af 😉 Jij moet gewoon een cameraploeg achter je aan hebben, om je belevenissen te filmen. Instant Joewtjoebhit volgens mij.
LikeGeliked door 1 persoon
Hahaha …. Knolpowerrrr zouden mijn zoons roepen! Papa als youtjoeppur à la Enzo Knol! 🙂
LikeGeliked door 1 persoon
Enzo Knol? Who the beep is Enzo Knol? Oja, ik heb nu je nieuwe Franse vriendin op film gezien, en ik moet toegeven, daar kan geen vrouw tegenop natuurlijk;)
LikeGeliked door 1 persoon
Google maar eens! Mooi is ze hè?!
LikeGeliked door 1 persoon
Buitengewoon mooi, écht. 🙂 de Franse flair hé, niet te evenaren
LikeGeliked door 1 persoon