Toen ik in de zesde klas van de lagere school zat -ja, ik ben van voor ‘de wet van het basisonderwijs’- had ik de bovenstaande zin zeker vertaald met: ‘Spring eens in de lucht!’ We hadden nog niet verplicht Engels op school en nog nooit van Louis Van Gaal gehoord, maar kenden al wel de woordgrapjes. Zo van: Er kwam een Nederlander met het vliegtuig aan in Engeland, lazert hij van boven naar beneden van de vliegtuigtrap. Vraagt een Engelse stewardess aan de man: ‘How do you feel?’ Antwoordt de man met: ‘Plat op mijn bek trut, dat zag je toch?’ Flauw, ik weet het, maar ik kan me nog wel herinneren dat ik erom in een deuk lag.
Natuurlijk hadden we ze ook ‘spicy-er’. Een gegeven paard niet in de bek kijken, werd al snel: ‘You should not never look a given horse in the back.’ Ook leuk en nog redelijk onschuldig was het taalgrapje: Wat betekent ‘The pig is standing in the brook’? Daarmee kreeg je me echt rollend over de grond. Maar toen ik van een van mijn vriendjes het volgende raadsel op kreeg: Wat is ‘witte bonen’ op zijn Engels?, antwoordde ik met ‘white beans’. ‘Nee joh, da’s neuken op z’n Fries!’, reageerde hij meteen. Het duurde een jaar of tien voor ik dat grapje echt begreep. Logisch wel, want ik was daarvoor nog nooit in Friesland geweest.
De lente komt eraan. De krokussen steken hun kopjes al boven het maaiveld uit, de kleding wordt -op sommige dagen- wat luchtiger, ‘rokjesdag’ is nabij en de dierenwereld bereidt zich voor op een nieuwe geboortegolf.
Maar soms is het de schijn die bedriegt. Want toen ik gisteren uit het keukenraam naar buiten keek, leek het alsof de grote boom achter de flat al in volle bloei stond. De blaadjes in de boom speelden met de wind en namen de takken mee van links naar recht, zoals een boom kan wuiven. Dat was wel vreemd, want aan de voorkant van de flat hingen de vlaggen van de Hindoestaanse Kerk slap langs de vlaggenmast. Er stond geen zuchtje wind! Terug naar het keukenraam. Ik zag het toch duidelijk, de takken van de boom zwaaiden van links naar rechts.
Het drong langzaam tot me door, dat op dit moment van het jaar een loofboom in Nederland niet in volle bloei kan staan. Maar ik zag het toch goed? Toen gebeurde er iets magisch, zonder een duidelijk teken verlieten alle blaadjes tegelijkertijd de boom en veranderden in vogels. Er vormde zich een grote zwerm die, net als ik een paar dagen daarvoor op de fiets had waargenomen, schitterende vlekken maakte in de lucht.
De natuur is aan het veranderen. De zon wint het steeds vaker van de wolken, de krokusjes hebben het al gezien en de vogels weten het. Ik voel het ook. Het lijkt wel of het licht is gaan schijnen op mijn actie. Door mijn 52 uitdagingen kan ik Right To Play steeds vaker in het zonnetje zetten. Bekenden en onbekenden doneren via mijn actiepagina een bedrag. Ik kan mensen inspireren om in actie te komen, zoals Laura. Ik mag mijn verhaal en dat van Right To Play vertellen op de radio, in de krant en op verschillende websites. Voor mij een stok achter de deur, om me extra in te zetten en al mijn challenges te halen. Deze week schrijf ik opnieuw een leuk bedrag bij. 14,37 Euro voeg ik toe aan m’n totaal. Al voor meer dan 184 kinderen het verschil gemaakt! Ik kan wel een gat in de lucht springen, want ‘Spring is in the air!’
groet, Wilco.