De eerste dertien weken vol uitdagingen zitten er bijna op. Een snel rekensommetje leert me, dat ik met 13 op de 52 weken bijna een kwart jaar achter de rug heb. Dat zorgt meteen voor paniek in mijn hoofd, want 25% van 8000 kilometer fietsen is … precies 2000. Maar op dit moment prijken er achter uitdaging 29 slechts 941 kilometers; een schamele 11,8 procent van het totaal. Met andere woorden: vanaf nu moet ik elke week gemiddeld 181 kilometer fietsen om mijn challenge te halen!
De hoogste tijd om een beetje ‘vals te spelen’. En als je wilt leren vals spelen, dan moet je volgens mij bij Spanjaarden zijn. Nee, ik heb niets tegen Spanje en haar inwoners. Mooi land, leuke taal, maar ik vind wel dat ze het afgelopen decennium net iets te veel grote sporttoernooien hebben gewonnen. Ik tel in de gauwigheid twee keer Europees kampioen voetbal, een keer wereldkampioen, vier keer de Champions League, vijf keer de UEFA Cup, twee Wimbledon titels en vier keer de ronde van Frankrijk (met drie verschillende winnaars).
Omdat bij die overwinningen niet zelden de naam van de twijfelachtige Spaanse dokter Fuentes voorbij kwam, ging ik op zoek naar de Conexión Ibérica. Want zeg nou zelf, als Contador met 0,0000005 picogram clenbuterol de tour kan winnen, dan moet ik toch met twee klontjes van dat spul in ieder bakje koffie met gemak 8000 kilometer asfalt achter me kunnen laten in 39 weken? Maar hoe kom ik in contact met een Spaanse dokter?
Mijn stiefvader Rut heeft in zijn jonge, wilde jaren in Spanje gewoond. Maar de grootste sport die hij daar had, was achter de Spaanse vrouwen aangaan. Als ik bij mijn 52 challenges had staan: ‘Leer 300 smerige Spaanse woorden’, had ik zeker bij hem aangeklopt, maar helaas ga ik daar geen millimeter harder door fietsen. Ik moest het anders aanpakken.
Ik vond mijn ‘Spaanse ingang’ via een Aron Kremer; een talentvolle wielrenner die in het laagseizoen wat bij schnabbelt in het onderwijs. Zoals elke Nederlandse wielrenner met potentie kende hij ook een Spaanse ‘medicijnman’. Ik vroeg hem op Facebook hoe ik in contact kon komen met deze man en hij gebruikte daarvoor het woord ‘fietsmeting’. Natuurlijk had ik meteen door, dat dit ‘codetaal’ was, om de anti doping commissie van de UCI niet wijzer te maken dan ze is. We spraken af dat de ‘fietsmeting’ zou plaatsvinden bij een fysiotherapeut in Hellevoetsluis. Verstandig natuurlijk, want daar heb je alle apparatuur bij de hand om te sjoemelen met bloedwaarden.
Nu volg ik het wielerwereldje al een tijdje en weet dat je doping niet zomaar in je achterbak moet vervoeren. Daar kunnen Cees Priem en de Schleckjes je alles over vertellen. Dus toen ik vanmorgen naar Hellevoetsluis ging, had ik een grote tas bij me vol wielerkleding en mijn racefiets achterin op een dekentje gelegd. Die fiets zou ik vast niet nodig hebben, maar kon samen met het dekentje perfect als dekmantel dienen voor de tas vol clenbuterol pillen.
Stipt om half negen stond ik voor de deur van de fysiotherapie waar de deal zou plaatsvinden. Aron deed open en achter hem stond wonderdokter Amadeo Ortiz Murcia. Ik speelde het toneelspel nog even mee en nam mijn fiets en de tas mee naar binnen. Amadeo griste direct de fiets uit mijn handen en begon driftig het stuurlint van mijn fiets te trekken. Een beetje overdreven vond ik, want we wisten allebei dat die fiets niet ’t belangrijkste was. Aron brabbelde nog wat in het Spaans met Amadeo en vertelde me toen, dat hij zelf nog naar de dokter moest. Ik knikte begrijpend en wist waarvoor hij weg moest.
Mijn Spaans is wat roestig geworden in de afgelopen jaren, maar toen Amadeo me op mijn blote voeten tegen de muur duwde en zijn harige handen tegen de onderkant van mijn edele delen tikten, begreep ik vrij snel dat ‘propagación’ spreidstand betekende. In een moordend tempo werd alles gemeten, gewogen en bekeken. Schroefjes vlogen door de ruimte. Mijn stuur werd verlaagd, mijn schoenplaatjes gesteld. De shifters verplaatst en mijn rug gekraakt. Ik moest op de fiets en van de fiets. Er werd in het Catalaans gemompeld en ik meende zelfs wat krachttermen te onderscheiden (had ik nou toch maar wat lessen gevolgd bij Rut). Uiteindelijk moest ik weer gaan zitten en fietsen. De commando’s waren helder als glas!
Ik fietste en wrong ik me in alle aerodynamische houdingen die hij me opdroeg, tot er een streng ‘Stop!’ klonk. Hij ging voor me staan en keek dreigend naar mijn kruis. Na een stilte die een eeuwigheid leek te duren, commandeerde hij: ‘De pie!’ Ik ging voorzichtig staan en met een hamer gaf hij een zacht tikje op mijn zadel. Ik vermoed dat mijn zadel daardoor 0,0000005 millimeter zakte, maar toen ik ging zitten, voelde het als een wereld van verschil. Nog nooit had ik zo lekker op mijn fiets gezeten. Amadeo keek me tevreden aan en mompelde iets van: ‘una diferencia muy grande, si?’.
Aron heb ik niet meer terug gezien. Ik weet niet wat hij bij de dokter ging halen, maar ik heb het niet nodig. De komende 39 weken ga ik die 7059 kilometer fluitend fietsen. Niks clenbuterol … gewoon een goede fietsmeting en daar zit geen woord Spaans bij, met dank aan Amadeo.
groet, Wilco
Stel , ik hoop het niet , dat je met je fiets die vervelende aardbol kust ! Kan je dan zelf de fiets weer recupereren , in de originele stand !
Je altijd ” verontruste ” vader…!
LikeGeliked door 1 persoon
Tuurlijk, beter dan ooit zelfs!
LikeLike
Hartelijk gelachen. Die Spaanse lessen moet je maar snel gaan volgen, want als je voortplanting met een spreidstand gaat verwisselen en het Spaans ( Castiliaans) met Catalaans ( zoiets als Nederlands en Fries ) dan is dat heel hard nodig. Ga in ieder geval niet op vrouwenjacht in Spanje, want een klap in je gezicht heb je zo te pakken.
Aimee.
LikeLike
Hey, zijn handen waren redelijk dicht op de hoogte waar die voorplanting mee plaatsvindt. Voor de rest kwam hij uit Catalonië, dus dat Catalaans klopte wel. Maar bedankt voor alle verbeteringen … ik had niet anders verwacht, na onze discussie de vorige keer 🙂 hahahaha.
LikeLike
Pingback: Don Quijote dela Mancha | Wilco's Charity Challenge