Met ruim 41% van de stemmen bepaalden jullie mijn opdracht voor deze week: ‘Bak een taart en geef hem weg’. Voor hetzelfde geld had ik mezelf deze week een hernia gesjouwd bij het opruimen van de schuur, of zat ik misschien wel met je aan tafel voor een etentje. Maar jullie wilden per se dat ik in de voetsporen van Menno de ‘heel Holland bakt’ Koning trad.
Bij het bakken van taarten, denk ik automatisch terug aan de tijd dat ik een jaar of 8 was en mijn moeder in de keuken met zure appels, suiker, kaneel en slagroom in de weer was. Zonder dat er enige vorm van communicatie met mijn broertje (toen nog kleiner dan ik) nodig was, brak er de strijd los om ‘de restjes’. Als eerste waren de appelschijfjes en krenten aan de beurt. Mijn moeder sneed de appels altijd in flinterdunne halve maantjes, die vervolgens samen met de krenten rijkelijk door de suiker en kaneel werden gehaald. Op de één of andere manier zorgde mijn moeder ervoor, dat er altijd wat over bleef. En als oudste van de twee vond ik dan, dat het leeuwendeel voor mij was. Pas veel later had ik door dat mijn broer wat gewiekster was dan ik en deze, min of meer, gezonde hap graag aan zich voorbij liet gaan, zodat hij vooraan stond bij de hoofdprijs … de in de slagroom onder gedompelde mixerstaafjes! Zelfs vandaag de dag is nog duidelijk te zien, waar deze onbewuste keuzes toe leidden … ‘van slagroom wordt je groter en (in de ruimste zin van het woord) breder dan van appelschijfjes.’
De makkelijkste weg voor mij zou zijn, om de in de loop der jaren vaak gekopieerde methode nogmaals uit te voeren. Het resultaat zou onherroepelijk leiden tot een warm dampende, heerlijk geurende appeltaart. Maar waarom makkelijk doen als het moeilijk kan? Dus besloot ik dat te doen, wat velen me zouden afraden: een taart maken van marsepein. Ik ken veel mensen in mijn omgeving, die deze kunst machtig zijn. Er is er echter maar één, die mij in de afgelopen jaren met bijzonder grote regelmaat verwend heeft met dat soort zoete kunstwerkjes en dat is … Bibianne. Het was dus een min of meer logische stap om haar te vragen mij te begeleiden in de wereld die naar marsepein smaakt.
Bibianne is de allerleukste juf van de wereld … voor kinderen. Als haar ex-directeur leerde ik vandaag een andere kant van deze zachtaardige juf kennen. Ik werd stevig onder druk gezet. Er was geen ruimte voor mogen … op haar lijstje prijkten de woorden: ‘perfectie en …. moeten.’
Zo moest ik bij de aankoop van de ingrediënten absoluut zorgen voor marsepein en niet voor fondant. Het biscuitdeeg moest gehaald worden in de bakker speciaalzaak. Helaas is de enige ‘speciaalzaak’ die we in Vlaardingen kennen ‘de Action’ maar gelukkig stond het ook daar in de schappen. Natuurlijk moest ik het beslag langer mixen, dan op het pak voorgeschreven stond en moest ik zorgen voor een opstaande rand van bakpapier in de taartvorm, zodat de taart goed kon rijzen.
Wat kon er mis gaan? Aan alle voorwaarden was voldaan … nou ja … misschien was mijn ‘speciaalzaak’ iets minder speciaal, maar wat kan er nou anders zijn aan een pak poeder? Nou geloof me, dat kan! Ondanks minuten langer mixen, praten tegen het beslag, zingen als het in de oven staat, wilde dat kreng NIET rijzen. Kleur perfect, gaarheid perfect, hoogte … dramatisch.
Gelukkig is Bibianne een meester in het zachtjes brengen van de ‘harde waarheid’ en stelde ze me gerust met de woorden dat we hem ook één keer konden doorsnijden in plaats van twee. “Hmzzz, vooruit dan maar!”
Op woensdagmiddag 14.00 uur stond ik met mijn voorgebakken taart bij Bibianne op de stoep om daar het échte werk te gaan doen. Om half vijf moest ik weer thuis zijn voor de zwemles van Sibe, dus … ruim de tijd dacht ik. NIET DUS! Volgens Bibianne had ze nog nooit in zo’n korte tijd een taart gemaakt. Vanaf dat moment ging het allemaal heel snel. Voor ik het wist had ze me mee getrokken naar de supermarkt om daar de laatste boodschappen te doen: roomboter, slagroom, poedersuiker, citroenkwark, aardbeienjam. Terug rennen naar haar huis waar twee roze bakken met ‘bakspullen’ open getrokken werden. Ik kreeg een stuk gereedschap in mijn handen geduwd met de woorden: “aan de slag”. Wist ik veel wat voor gereedschap ik vast had. Het leek een soort tandflos apparaat, maar dan 10 keer zo groot. Dat bleek echter een taartzaag te zijn. Na wat gehannes was de taart gesneden en kon ik de kwark en aardbeienjam er tussen smeren.
Daarna was de tijd rijp om het marsepein te kleuren. Als ik dat had moeten uitvogelen zonder mijn taart goeroe, dan had ik waarschijnlijk de komende weken met gekleurde handen rondgelopen. Maar om dat te voorkomen moest ik de marsepein voorzien van een kuiltje, de kleurstof daar voorzichtig in druppelen, het kuiltje behoedzaam afsluiten, het hele zwikje in een boterhamzakje doen en dat dan afgesloten kneden. Na enige tijd mocht ik het uit het zakje halen om verder te kneden, maar niet voordat ik tot mijn ellebogen ‘ingeboterd’ werd met een goedje, dat er voor zorgde dat de marsepein niet aan mijn handen kleefde. Dat dat spul er vervolgens met geen mogelijkheid af te soppen was, mocht geen punt van discussie zijn.
Ondertussen was Bibianne aan de slag gegaan met de boter, die als lijm ging dienen voor mijn taart. Ze had er nog steeds een hard hoofd in, dat we dit werkje op tijd gingen afkrijgen. Maar gelukkig heb ik minder last van ‘perfectionisme’ … tenminste … als het op taarten bakken aankomt. Om haar gerust te stellen, schermde ik ook nog even met de woorden: “Hey, het is om weg te geven, niet om zelf op te eten!”, maar dat ging er helemaal niet in bij Bibianne. Juist dan moest het perfect zijn!
Nou goed, in een moordend tempo begon ik (zo perfect als ik kon) aan het decoreren van mijn taart. Eerst de achtergrond … een stoombootje, een Sint, een Pietje. En geloof het of niet, maar ik verraste niet alleen mezelf met mijn ‘creativiteit’ maar ook mijn personal chef de cuisine. Het ging best wel goed (al zeg ik het zelf) en om vijf voor half vijf, dus met nog 300 tellen op de klok, was mijn kitchen battle afgerond.
Nou ja, eigenlijk begon de battle toen pas voor Bibianne, want ik moest haar, gezien de tijd, achterlaten met een tafel vol zoet- en vettigheid. Sorry, sorry, sorry! Maar Bibianne … ik ga het goedmaken. Nee, de taart krijg je niet! Voor wie die bestemd is, vertel ik nog heel even niet. Maar je hulp, morele steun en zeer duidelijke aanwijzingen 🙂 hebben er voor gezorgd dat ik trots ben op het eindresultaat! In ruil daarvoor, wil ik je heel graag een keer challenge 27 aanbieden!
Aan wie ik deze taart ga aanbieden, zal de komende dagen duidelijk worden.
Groet, Wilco
Ha,ha. Hartstikke leuke blog. Ik zag het weer helemaal voor me. Je had maar EEN foutje. Ik heb nooit krenten in mijn appeltaart gedaan, want die lust ik niet. De taart is fantastisch mooi geworden, je moeder.
LikeLike
Niet zo krenterig, he mam! hahaha. Dankjewel voor je leuke reactie x.
LikeLike